Nadat ik dit werk 25 jaar gedaan heb, moet ik tot de conclusie komen dat melden, klagen, het indienen van zienswijzen en het maken van bezwaar geen enkele zin heeft. Je bereikt er niets mee. Het kost je veel tijd en energie. Dat is mogelijk ook de bedoeling, want dat houd je van de straat (om actie te voeren).
Het meest concrete resultaat van wat ik in die 25 jaar bereikt heb met het voeren van bestuursrechtelijke procedures is dat de afdeling Juridische Zaken en de afdelingen Lucht, Milieu en Handhaving meer juristen in dienst konden nemen om het straatje van de gemeente schoon te vegen.
Wát ik bereikt heb voor burgers en ondernemers die door de gemeente werden gemangeld, heb ik bereikt bij de rechtbank en de Raad van State en met enorme tegenwerking van de juristen van de gemeente Utrecht. In mijn ogen gewetenloze juristen die met veel trucjes willen winnen, zonder er bij stil te willen staan hoe zij op die manier helpen doorgaans weerloze burgers en kleine ondernemers kapot te maken.
De rechtsbescherming, want daar hebben wij het over, is de laatste tientallen jaren hard achteruit gegaan en elk jaar wordt het nóg slechter. Hoe dat komt, valt eenvoudig te begrijpen.
1. Bezwaar maken doe je bij het college. Die laat het bezwaar afhandelen door de afdeling Juridische Zaken. Juridisch Zaken is de adviseur/advocaat van het college. Je moet dus bezwaar maken bij de jurist die de zaak van het college bij de rechtbank gaat verdedigen. Die doet er dus alles aan om jouw ongelijk aan te tonen en het straatje van de gemeente schoon te vegen. Ik heb wel eens juristen meegemaakt die ook oog hadden voor de bezwaarmaker, maar die hielden het niet lang bij Juridische Zaken uit en zochten een andere baan.
2. Wat voor Juridische Zaken telt is de vraag of de kans bestaat dat de burger bij de rechtbank gelijk krijgt als die in beroep gaat. Alleen als JZ de kansen voor de gemeente heel laag inschat, krijgt de burger in bezwaar gelijk. Ook niet altijd, want JZ weet dat veel burgers geen geld hebben om naar de bestuursrechter te gaan. Belangrijk is nu om te weten dat de rechtbank “marginaal” toetst. Dat houdt in de rechter zich onthoudt van een oordeel over de redelijkheid/belangenafweging zolang een besluit niet heel erg onredelijk is.
Toen de algemene wet bestuursrecht (Awb) in 1994 werd ingevoerd was het de bedoeling dat de bestuursrechter zonder die terughoudendheid (marginale toetsing) over de redelijkheid/belangenafweging zou oordelen, maar daar kwam de “vierde macht” tegen in opstand met het argument dat de rechter niet op de stoel van het bestuur moest gaan zitten. (Alsof het bestuur iets te zeggen zou hebben over wat ambtenaren namens het bestuur beslissen!).
3. De dienst in een gemeente wordt uitgemaakt door de “vierde macht”. Burgemeesters, wethouders en raadsleden zijn niet meer dan figuranten die zich moeten gedragen alsof wij democratisch bestuurd worden: door een door ons gekozen bestuur. Dat de “vierde macht” het voor het zeggen heeft wordt sinds de oratie van staatsraad/hoogleraar Crince le Roy (1971) door geen enkele serieuze bestuurskundigen betwist.
Die “vierde macht” is echter een ambtelijk apparaat waarbinnen alle neuzen dezelfde kant op moeten staan. Wee de ambtenaar die er een eigen mening op na houdt, die vliegt eruit of gaat er onderdoor. Dat betekent dat in het ambtelijk apparaat de grote bek regeert. En als die grote bek ergens in de organisatie een stomme en onmenselijke beslissing neemt, dan is er niemand (ook de leidinggevende niet, die zelden weet wat hij/zij ondertekent) die daar een stokje voor steekt. En dat is waarom de rechter en de Raad van State er aan te pas moeten komen. Leren van gemaakte fouten, laten we het daar niet over hebben. Want als de gemeente door de Raad van State in het ongelijk wordt gesteld, weten die grote bekken in de vierde macht wel hoe dat komt: “de Raad van State heeft zich vergist”.
Kortom: bezwaar maken heeft als regel geen enkele zin. Klagen bij klachtcoördinatoren nog minder. Ze zijn er allemaal op uit je in het ongelijk te stellen en het straatje van de gemeente schoon te vegen. Kost klauwen met geld, al die procedures en juristen, maar daar zitten ze bij de gemeente niet mee.
Reacties zijn gesloten.